Eenpersoonshuishoudens hebben de laatste jaren een inhaalslag gemaakt als het gaat om internettoegang.

In 2013 had 88 procent van deze huishoudens internet, terwijl dat vijf jaar geleden iets meer dan 70 procent was. Dit blijkt uit publicaties van het Centraal Bureau voor de Statistiek. Gemiddeld had 95 procent van de huishoudens in Nederland internet in 2013. Van de huishoudens met kinderen heeft inmiddels iedereen internettoegang. Huishoudens bestaande uit paren zonder kinderen blijven steken op 96 procent. Als belangrijke reden om geen internet te hebben werden 'geen interesse' en 'geen verstand van' het vaakst opgegeven.

De laptop heeft de desktop inmiddels ingehaald als het gaat om het meest gebruikte apparaat om te internetten. Tegenwoordig bezit 78 procent van de huishoudens een laptop en 69 procent een desktop. Vijf jaar gelden was dat nog respectievelijk 62 en 83 procent. De smartphone wordt door zeven op de tien huishoudens eveneens gebruikt voor internettoegang. Dat is tweeënhalf keer zo veel als in 2009. In 45 procent van de huishoudens is inmiddels een tablet aanwezig.

Klik hier voor statistieken over internettoegang en hier voor statistieken over apparatuur.